Return to Mars
Van alle auteurs die de afgelopen jaren een boek over Mars hebben geschreven had Ben Bova in 1992 het meeste lef (of de minste fantasie): hij noemde zijn roman gewoon “Mars”. Het lijkt het begin van een rondje door het zonnestelsel; Bova’s laatste roman heet “Venus”.
In 1999 verscheen “Return to Mars”, dat zes jaar na de gebeurtenissen in “Mars” de draad weer oppakt. Het boek is een duidelijke weerslag van de verandering in het denken over Mars in de jaren negentig. Was de expeditie in het eerste boek nog een groot, door regeringen gefinancierd project, met vijfentwintig deelnemers en een ruimtestation in een baan om de planeet, de tweede expeditie is veel kleinschaliger en opgezet als een commerciele onderneming.
Ook de invloed van Robert Zubrin, die met name genoemd wordt in het verhaal, is onmiskenbaar: de vijf mannen en drie vrouwen leven van het land: het voedsel komt grotendeels uit een kas en zuurstof en brandstof worden uit de atmosfeer gehaald. En in plaats van zes weken voor een vlaggen- en voetstappen-missie is er nu tijd voor anderhalf jaar onderzoek. Het commerciele karakter heeft ook zijn nadelen: een onverantwoorde hoeveelheid mankracht en materieel wordt besteed aan het ophalen van de Pathfinder en zijn karretje, dit om het legendarische tweetal op Aarde voor een mooi prijsje te verkopen.
Op de lichamelijke aantrekkingskrachten tussen leden van een gemengde bemanning heeft Bova een wat realistischer kijk dan de NASA. Volgens de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie zijn astronauten professioneel genoeg om ieder verlangen voor twee-en-half jaar te onderdrukken; Bova’s karakters vrijen er daarentegen flink op los. De persoonlijke spanningen die daaruit voortkomen zijn weliswaar niet goed voor het verloop van de missie, maar wel voor de leesbaarheid van het verhaal.
Return to Mars
Met de ontdekking van bacterieel leven in het eerste boek en van uitgestorven intelligent leven in “Return to Mars” neemt Bova een flink voorschot op de werkelijkheid, maar wat betreft de ontdekking van vloeibaar water heeft die werkelijkheid Bova al weer ingehaald. Het schetsen van geloofwaardige karakters is nooit Bova’s sterkste kant geweest. Ook in “Return to Mars” blijft hij een beetje hangen in cliche-beelden: de principiele idealist van Indiaanse afkomst en de op geld beluste witte Amerikaan, die vechten om de gunsten van de mooie scheepsdokter.
En toch blijft het verhaal boeiend tot de laatste bladzijde. Al was het alleen maar door de Agatha Christie-factor: een van de acht deelnemers is een saboteur en pas in de laatste bladzijden komt de lezer erachter of zijn verdenkingen juist waren. Wat Voorwaarts Mars! betreft mag Bova nog wel een keer terug naar Mars voor hij de andere planeten afwerkt.
Reacties